Zaterdag 26 oktober vond in Het Utrechts Archief de lancering plaats van de website Correspondance d’Isabelle de Charrière / Brieven van Belle van Zuylen. Dit is een project dat wordt gerealiseerd binnen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis (KNAW), onder leiding van Suzan van Dijk en Madeleine van Strien-Chardonneau.
Belle van Zuylen, 18e-eeuws schrijfster en aanvoerster van de Utrechtse Literaire Canon, is vooral beroemd door haar uitgebreide correspondentie, gevoerd in het Frans. Slechts een klein gedeelte is ook in het Nederlands (in boekvorm) beschikbaar. Afgelopen zaterdag is een begin gemaakt met de online publicatie van alle brieven, in eerste instantie in het Frans (maar in gemoderniseerde spelling). Geleidelijk aan zullen daaraan vertalingen worden toegevoegd.
De afgelopen jaren is door een aantal vrijwilligers, de meesten lid van het Genootschap Belle van Zuylen, gewerkt aan de voorbereiding van deze publicatie: op basis van scans van de Oeuvres complètes, uitgegeven door Van Oorschot (1979-84) pasten zij de spelling en de layout aan, en voegden annotaties toe.
Aangezien het gaat om ruim 2600 brieven, vindt de publicatie in etappes plaats, te beginnen in deze Maand van de Geschiedenis, die als thema heeft: “ZIJ/HIJ”. Als eerste zijn nu de 199 brieven beschikbaar, waarvan de handschriften in Nederland zijn, namelijk in: Nationaal Archief, Rijksarchief Gelderland, Het Utrechts Archief, Koninklijke Bibliotheek en Literatuurmuseum.
Voorafgaand aan de openstelling van de website vond een klein symposium plaats waarin vier sprekers (V/M) ingingen op het belang van Belle van Zuylen en van deze correspondentie – voor het cultuurhistorisch onderzoek, voor de geschiedenis van Utrecht, voor hedendaagse schrijfsters die door Belle van Zuylen’s voorbeeld worden geïnspireerd, en voor “gewone” lezers (M/V).
Na een korte inleiding waarin Kaj van Vliet (rijksarchivaris, Het Utrechts Archief) wees op de rol die Belle van Zuylen, samen met Anna Maria van Schurman, speelt in de recentelijk vernieuwde vaste tentoonstelling, ging Suzan van Dijk (projectleider) in op Belle’s dikwijls geciteerde uitspraak “Ik heb geen talent voor ondergeschiktheid”: de brieven die zich in Nederland bevinden, veelal gericht aan haar eigen Nederlandse familie, laten eigenlijk ook wel andere kanten zien dan alleen die van de “rebelse meid”, en zijn om die reden zeer interessant.
Naar aanleiding van zijn recent verschenen Belle van Zuylen. Een leven in Holland, sprak Kees van Strien over Gijsbert Jan van Hardenbroek, lid van een Utrechtse regentenfamilie, en enkele van diens vrienden en tijdgenoten, van wie hij dagboeken en correspondenties heeft bestudeerd. Met name deze Hardenbroek moeten we wel zien als een “slachtoffer van Cupido dankzij Belle”.
Dirk van Miert (leider van het project SKILLNET aan de UU) gaf een bevestigend antwoord op de vraag of Belle van Zuylen ook burgeres was van de toenmalige Republiek der Letteren. Hij vergeleek haar met twee tijdgenotes van Belle, over wie door zijn studenten onderzoek is verricht: Hyleke Gockinga en Etta Palm. De eerste beheerste vele talen, en werd een “tweede Schurman” genoemd. De tweede correspondeerde o.a. met raadpensionaris Van der Spiegel (die ook in brieven van Belle voorkomt). Zij woonde ruim 20 jaar in Parijs en kwam in salons die Belle ook bezocht: in één van Belle’s brieven (nr. 2310) wordt zij genoemd – niet bij naam, maar als “intrigante hollandaise”.
Vervolgens ging Josephine Rombouts (inmiddels bekend vanwege Cliffrock Castle, en haar verblijf op dit Schotse kasteel) in op de enorme indruk die alleen al de eerste paar zinnen van Belle van Zuylen’s eerste brief, in de bundel Ik heb geen talent voor ondergeschiktheid, op haar maakten, toen zij als 19-jarige op kamers ging wonen en met het oog op dat nieuwe leven (waarvoor ook een pedaalemmer nodig was) het boek aanschafte.
Tenslotte werd de website met de digitale editie Correspondance d’Isabelle de Charrière/Brieven van Belle van Zuylen: charriere.huygens.knaw.nl onthuld en kort toegelicht. Daarbij lag enige nadruk op het feit dat het hier gaat om Work in Progress, en dus op de mogelijkheid – voor geïnteresseerden die vertrouwd zijn met de Franse taal, en belangstelling hebben voor literatuur en geschiedenis – om zich bij de verdere werkzaamheden te laten betrekken. Naast de “Nederlandse” zijn er nog alle andere brieven, die zich in Zwitserland (vooral) en elders bevinden: veel daarvan zijn inmiddels bewerkt, maar er is ook nog heel wat te doen….. Neem eventueel contact op met onderstaande adressen.
suzan.van.dijk@huygens.knaw.nl; madeleinevanstrien@yahoo.fr.